De Katrol in de Havenloods

Rotterdam - Een beetje tussen wal en schip bivakkeert De Katrol. Nu al drie jaar lang. En dat kun je nooit heel lang overleven, vreest oprichter Sandra Pardoel. De ondersteuning van kinderen in Charlois en Feijenoord wordt bedreigd in het voortbestaan.

 

De medewerkers van De Katrol zorgen ervoor dat kinderen ‘leer- en gezinsondersteuning’ krijgen. Nee, dat is geen huiswerkbegeleiding, dat is veel meer. HBO-studenten gaan twintig weken lang, twee keer per week op bezoek bij een gezin. Ze richten zich op jonge kinderen, uit groep 3 en 4 van de basisschool. En ze proberen het zo leuk en makkelijk mogelijk te maken om te leren. Meestal sluiten broertjes en zusjes aan, en de rest van het gezin ook. 

 

‘Je ziet ze opbloeien’

Pardoel vertelt: “We helpen met van alles, gaan mee naar oudergesprekken op school, verwijzen door naar huisartsen of advocaten, helpen met de energierekening of een nieuwe wasmachine, of met een bureautje of laptop. Om een leercultuur in het gezin te creëren waarin alle randvoorwaarden om tot leren te komen aanwezig zijn. Ook het leerplezier. Je ziet ze dan ook echt opbloeien. Dat horen we ook van scholen, dat ze helemaal veranderen in de klas.”

 

‘Iedere ouder wil het beste’

De gezinnen komen uit zichzelf terecht bij De Katrol, vaak wel op advies van school. Pardoel: “En we maken het nooit mee dat ouders het niet willen. Nooit. Iedere ouder wil het beste voor zijn kind. Maar leren is niet in elk gezin vanzelfsprekend. Ouders hebben er zelf geen ervaring mee, er is geen geld, er zijn andere problemen, met taal bijvoorbeeld.”

 

Tweede speelotheek

Per jaar worden 110 gezinnen bezocht. En zo’n 250 kinderen bereikt. Die ook terecht kunnen in de speelotheek aan de Brede Hilledijk. Daar leren kinderen spelenderwijs allerlei vaardigheden. Volgende week opent een tweede speelotheek in Koco aan het Amelandseplein.

 

‘Iedereen is fan’

Maar voor het voortbestaan van De Katrol wordt gevreesd. Dat is een lang verhaal over aanbestedingen in het welzijnswerk. Pardoel: “De afgelopen drie jaar hebben we het met hulp van fondsen en kleine jaarlijkse subsidies volgehouden. Dat was vooral een kwestie van overleven, en ik weet niet hoelang dat nog lukt. Ik heb er een brandbrief naar wethouder Achbar over gestuurd. Hij is positief over ons hoor, de andere betrokken wethouders ook. Eigenlijk is iedereen fan van wat we doen. Vorig jaar hebben we nog de Rotterdamse Kinderrechten Award gewonnen. Het zou vreselijk zonde zijn als we het niet redden.”

 

 

 

Lees hier het artikel